
Interview Bets Sommers-Benning
Datum: 5 februari 2025
Plaats: Pannerden
Door: Henny van der Meijden
Bets Benning (1938) was 7 jaar toen zij als een van de eersten in Pannerden moesten evacueren. Ze woonden aan de Deukerdijk in huize Vredelust, dat nu nog steeds bestaat. Ze had 2 broers (Piet en Wim) op dat moment en een zusje op komst Maar moeder Christina Benning-Groenen wist dat op dat moment nog niet. Na de oorlog werd Nolda geboren.
Waar gingen jullie naar toe?
Wij zaten als eerste (in september 1944) in dat groene huuske waar nu de Heemkundekring Rijnwaarden zit, het Dijkmagazijn. Naast Opgenoord, wij noemden dat het wachthuuske. Toen het na een dag of acht wat rustiger werd in Pannerden zijn we weer naar huis teruggekeerd waar in december 44 mijn vader Arnold Benning dodelijk werd getroffen door een granaatscherf. Later hebben we bij Span in Aerdt gezeten bij een zus van oma Benning. Dat was wel leuk. We moesten daar spreeuwen verjagen in de kersenboomgaard. Maar dat was een truc om ons te beletten zelf al die kersen op te eten. We hebben ook nog twee weken op een school in Lobith gezeten. Later moesten we daar ook weg, naar Beek, en hebben we bij Brands in de schuur gezeten. Lopend naar Beek in de handkar daar zaten we opgevouwen. De dokter had gezegd dat de buikpijn van mijn moeder kwam van de zenuwen, in verband met de dood van mijn vader, maar later bleek dat ze zwanger was.
De dood van Arnold Benning
Op 4 december was Arnold Benning een ruit aan het inzetten. Hij stond op een ladder. Hij had hij zijn kinderen nog eerst van die ladder afgehaald om te voorkomen dat ze eraf zouden vallen. Hij viel zelf van de ladder, geraakt door een granaatscherf waardoor hij een been kwijtraakte. Hij riep tegen de kinderen dat ze hun moeder moesten halen. De buren, van Weezendonk, hebben nog geprobeerd het been af te binden maar dat lukte niet. Bets herinnert zich dat haar vader zei: ‘geef papa maar gauw een kus want papa gaat hene’. Arnold werd begraven in Herwen, in een noodgraf. Binnen drie weken kon moeder Christina opnieuw een familielid begraven; haar broer Job werd op 13 december getroffen door een granaat en stierf op 14 december.
Bets zegt dat ze zich met name de moeilijke tijd van haar moeder herinnert, waarschijnlijk door de verhalen die haar moeder vertelde. Naast de door van haar man en broer, werd Bets’ moeder ook nog geconfronteerd met de dood van het pasgeboren kind van haar zus. ‘Wat een afschuwelijke tijd moet dat zijn geweest voor mijn moeder,’ verzucht Bets. Zij herinnert zich ook nog hoe haar moeder vertelde over de herbegrafenis van haar vader die van het noodgraf in Herwen werd opgegraven en werd herbegraven in Pannerden na de oorlog. ‘Ik liep er alleen maar achter aan, achter die stoet. Ik zag niets, ik rook niets, ik voelde helemaal niets’. Het verhaal van Arnold Benning en Job Groenen staat beschreven in het boek Oorlog over het Gelders Eiland van B. Janssen.
Hoe kwamen jullie terug?
We kwamen ook weer lopend terug naar huis. Ik weet niet meer precies waarlangs, weer met de handkar. Eerst hadden we geen toestemming, maar burgemeester Creemers vond dat we veel te hard getroffen waren in het laatste deel van de oorlogen toen kreeg mijn moeder toestemming.

Toen kwamen we terug op Vredelust, ons huis aan de Deukerdijk, het huis bestaat nog steeds. Nolda is daar geboren. Het was niet kapot en er waren nog meubels, we lagen met zijn drieën in een bedstee. Ik herinner me dat we meubels zouden krijgen die we op konden halen op school. En ik zou een grote pop krijgen maar die was al weg, dus ik kreeg niks, de pop had al iemand anders gekregen. En ook de meubels die beloofd waren aan de moeder waren al weg.
Hoe kwam jullie gezin aan geld en eten?
Geld was er niet veel, maar we hadden goede buren, bijvoorbeeld Weezendonk. Wij woonden met drie gezinnen onder één kap. Mama had niet veel, de wieg had ze gekregen, ze wist niet van wie, ze kon die op school ophalen. Ze hebben geen hongergeleden, helemaal niet. Mensen zorgden voor elkaar. Later kreeg moeder een uitkering van 24 gulden per week.
Herinneringen
Een kleindochter heeft enkele jaren geleden het verhaal van de moeder van Bets, mevrouw Bennink-Groenen, opgeschreven. Zij citeert daarin haar oma: ‘de oorlog heeft een groot verdriet met zich meegebracht en heeft veel mensen bij me weggenomen. Toch hebben we met zijn allen de draad weer opgepakt. Maar al deze herinneringen blijven in mijn geheugen, alsof het gisteren gebeurd is.’
Geen reacties gevonden.