
Productomschrijving
De bewoners van de Geitenwaard
Bladzijden 4–6
Herman Peters
In dit vervolgartikel op een eerdere publicatie corrigeert Herman Peters een fout uit zijn vorige bijdrage over de bebouwing van de Geitenwaard in 1832. Aanvankelijk meldde hij drie huizen, maar nieuw onderzoek toont aan dat er mogelijk vier waren. Hij licht de bronnen en methodiek toe, waaronder kadastergegevens en bevolkingsregisters. Vervolgens beschrijft hij gedetailleerd de bewonersgeschiedenis van het huis dat als derde werd aangeduid, inclusief familiebanden en woonperiodes. De tekst is verrijkt met context over het leven in de uiterwaarden en laat zien hoe lokale geschiedenis voortdurend verfijnd kan worden.
In memoriam Jaap Peet
Bladzijde 7
Onbekende auteur
Dit eerbetoon beschrijft het leven van Jaap Peet, geboren in 1913 te Tolkamer en overleden in 1999. Hij was jarenlang slager in het familiebedrijf, maar vooral bekend als groot liefhebber van lokale geschiedenis. Peet speelde een cruciale rol in het oprichten van de heemkundekring, de naamgeving van straten en objecten, en de bescherming van monumenten in Herwen & Aerdt. Zijn belangstelling ging uit naar onder meer het Tolhuys en Schenkenschans. Als raadslid bekommerde hij zich om het gemeentearchief en erfgoed. Naast zijn historische inzet was hij een natuurliefhebber en combineerde studie met wandelingen langs de Rijn.
Een posthume Joodse onderscheiding
Bladzijden 8–9
Onbekende auteur
Op 7 september 1999 werden Carl Johann Derksen en zijn echtgenote Helene Bernstein postuum onderscheiden met de Yad Vashem-onderscheiding. Zij redden tijdens de Tweede Wereldoorlog het 14-jarige Joodse meisje Doris Bloch door haar onder te brengen op hun boerderij ‘Geerlingshof’ in de ’s-Gravenwaard bij Tolkamer. Doris leefde daar onder valse naam en overleefde de oorlog, in tegenstelling tot haar ouders. Na de oorlog emigreerde zij naar de Verenigde Staten. De uitreiking vond plaats op het gemeentehuis van Rijnwaarden en werd bijgewoond door o.a. de Israëlische ambassade en rabbijn Jacobs.
De van der Renne stichting
Bladzijden 11–13
Jan Carel Peters
Jan Carel Peters beschrijft de geschiedenis van de Ridder van der Renne Stiftung, een belangrijke stichting in Elten met wortels tot in het jaar 967. De stichting beheerde de Marsweide, een stuk land waarop arbeiders en dagloners van oudsher gebruiksrechten hadden. Deze rechten waren verbonden aan het St. Vitus Stift, een adellijk damesstift dat land en privileges verwierf via schenkingen van o.a. graaf Wichman en keizer Otto I. Het artikel gaat in op de ontwikkeling van deze rechten, het beheer door de stichting en haar rol in het sociale leven van Elten. De stichting was lang een belangrijke steun voor ‘kleine luiden’ in het dorp.
De jacht in Aerdt
Bladzijden 15–17
Toon Hendriksen
Toon Hendriksen beschrijft de lange jachttraditie in Aerdt, die teruggaat tot de adellijke bewoners van Huis Aerdt. Zo stelde baron Van Hugenpoth in 1779 formeel een jager aan, Antoon Caspers, die zijn dienst verrichtte in livrei en onderdak genoot in het kasteel. De auteur geeft voorbeelden van hoe deze jagers functioneerden, inclusief archiefstukken zoals verzoekschriften aan de dijkgraaf. Voor de Tweede Wereldoorlog waren het lokale figuren zoals Evert de Vries en de gebroeders Voss die de jacht in stand hielden. In latere jaren namen families als De Vries en Goris deze traditie over met drijfjachten in het najaar. De tekst toont hoe jacht een sociaal én cultureel verschijnsel bleef.
Koningen en hun koningszilver van het schuttersgilde Eendracht Maakt Macht te Lobith
Bladzijden 18–19
A.J.V. Mulder
In deel 4 van deze serie behandelt A.J.V. Mulder de nieuwe koningsketen van het schuttersgilde Eendracht Maakt Macht te Lobith. Na de teloorgang van het oude gilde in de 18e eeuw werd in 1850 een nieuwe poging tot heroprichting ondernomen, geïnitieerd door o.a. Jan Verborg en Jan van Driel. Achter de schermen trokken Hendrik Peters en anderen de touwtjes. Het artikel beschrijft de discussies rond het oude gildeboek en de koningsketen, en hoe men uiteindelijk tot officiële oprichting kwam. Mulder citeert ook een brief uit 1852 waarin het eerste koningsschot van de nieuwe generatie wordt besproken, waarbij een arbeider een voorname dame tot koningin koos — een sociaal opmerkelijke gebeurtenis.
Baksteenfabricage in de Pannerdense waard
Bladzijden 20–21
dr. Ben Janssen
Dr. Ben Janssen beschrijft in dit artikel de opkomst en ontwikkeling van baksteenfabricage in de Pannerdense Waard. Na de aanleg van het Pannerdens Kanaal in het begin van de 18e eeuw veranderde de loop van de Rijn, wat het gebied aantrekkelijk maakte voor kleiwinning en baksteenproductie. Verschillende steenfabrieken vestigden zich in de omgeving, waarbij gebruik werd gemaakt van lokale arbeid en seizoensarbeiders. De auteur gaat in op de productiemethoden, het vervoer van bakstenen en de economische betekenis van deze industrie voor de regio. Het artikel sluit af met de teloorgang van dit ambacht halverwege de 20e eeuw.